Het college van Soest heeft een gebiedsvisie voor het Dalweggebied opgesteld. Deze visie is mede tot stand gekomen na inbreng van inwoners, belanghebbenden en direct betrokkenen. De visie is gebaseerd op drie kernwaarden: landschap en groen, de samenleving centraal en toekomstbestendig leefklimaat en wordt nu aangeboden aan de gemeenteraad.
Aanleiding gebiedsvisie
Het afgelopen jaar is hard gewerkt aan deze gebiedsvisie. Participatie heeft al voor de coronacrisis plaatsgevonden. En de uitdagingen waar de gemeente toen al voor stond, blijven onverminderd bestaan. De meest urgente is het realiseren van woningbouw binnen de rode contouren, een prioriteit van de Soester gemeenteraad. Ook het bouwen van een nieuwe sporthal bij Sportboulevard De Eng en het vinden van een goede bestemming voor het aangekochte politiebureau zijn urgent. Een andere uitdaging is de veranderende rol van de gemeentelijke organisatie. Nu en in de toekomst wordt steeds meer digitaal geregeld. Dat betekent iets voor het gemeentehuis, dat kan transformeren tot een ontmoetingsplek voor bewoners. Een Huis van de Samenleving, waarin meer maatschappelijke en culturele functies bij elkaar komen.
Noodzaak gebiedsvisie
Er liggen kansen in het Dalweggebied. Maar als er zonder visie ontwikkeld wordt, is er een risico dat het gehele gebied wordt volgebouwd. Er ontstaat dan een stenige sfeer waarbij de groene en landschappelijke kenmerken van Soest in dit gebied verloren gaan. Zonder een visie op het geheel is het gebied kwetsbaar. Met een visie ontstaat samenhang. In de visie staat dat het landschap leidend wordt en de gebouwen er te gast zijn. En de waarden die de samenleving heeft meegegeven, komen terug in het gebied. Deze visie biedt een oplossing voor de uitdagingen waar Soest voor staat op het gebied van wonen, wonen met zorg en welzijn, cultuurmaatschappelijke functies en duurzaamheid.
Ook vervolgtraject met participatie
Als de raad de gebiedsvisie vaststelt, wordt deze uitgewerkt tot een ontwikkelstrategie. Daarin staat concreet de aanpak voor het vervolg. De focus ligt dan op wat er allemaal mogelijk is, met ruimte voor wensen en opties in de toekomst. In deze aanpak is uiteraard ook weer aandacht voor participatie en de belangen van de betrokkenen.