Onlangs hebben de burgemeesters van de gemeenten Baarn, Bunschoten, De Bilt, Eemnes en Soest tijdens een digitale bijeenkomst hun handtekening gezet onder de samenwerkingsovereenkomst die het voor buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) mogelijk maakt om op elkaars grondgebied te opereren.
Voorheen mochten de gemeentelijke handhavers niet buiten hun eigen grenzen optreden en dat zorgde veelal voor ongemakkelijke situaties. Handhavers die wilde optreden tegen overlast over de gemeentegrenzen kwamen juridisch voor flinke uitdagingen te staan. Maar de regels en wetgevingen zijn half september aangepast voor de genoemde gemeenten, waardoor Boa’s over de gemeentegrenzen mogen opereren. Het gaat een stuk moeilijker worden voor overlast veroorzakers, maar het tijdelijk vervangen of ondersteunen van collega handhavers gaat juist een stuk gemakkelijker. Vreemd genoeg is Zeist niet meegenomen in deze overeenkomst, terwijl Soesterberg juist grenst aan deze gemeente.
Ook het Openbaar Ministerie en de politie hebben de overeenkomst ondertekend, waarvan het initiatief bij de gemeente Bunschoten ligt en ook is vastgelegd in het Integraal Veiligheidsplan dat de gemeenteraden van de vijf gemeenten vorig jaar hebben vastgesteld.
Burgemeester Rob Metz is blij met de ondertekening: “Een samenwerking als deze biedt veel voordelen. Het kan de veiligheid tijdens evenementen bijvoorbeeld vergroten, en bij ziekte kan de continuïteit van het werk worden gewaarborgd. Ook kunnen de boa’s van elkaar leren door kennis uit te wisselen.”
In de samenwerkingsovereenkomst is vastgelegd op welke momenten uitwisseling van boa’s kan plaatsvinden. Zo is uitwisseling mogelijk op piekmomenten waarbij de eigen capaciteit niet voldoende is, bij publieksevenementen en voor ondersteuning bij groepen en aanhoudingen waarbij politieassistentie (nog) niet noodzakelijk of wenselijk is. Ook voor controle bij horecagelegenheden en projectmatige inzet, zoals ondermijningsacties, is deze overeenkomst een uitkomst.